Wat is de betekenis van speelplaats?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

speelplaats

speelplaats - Zelfstandignaamwoord 1. (spel) plaats waar men (in het bijzonder kinderen) kan spelen Woordherkomst samenstelling van speel(werkwoord) en plaats

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Speelplaats

s., boartersplak (it).

2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SPEELPLAATS

v. (-en), 1. open plaats waar kinderen kunnen lopen en spelen, inz. behorend bij een school: bij de meeste scholen zijn thans overdekte of open speelplaatsen; 2. (Ind.) speelgelegenheid.

2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

speelplaats

v. speelplaatsen (plaats bij de school, waar in het vrije kwartier gespeeld wordt): een school met speelplaats.

2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

speelplaats

v. (-en) plaats, plein om op te spelen inz. bij scholen.

2024-04-19
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

speelplaats

v./m. (-en), open plaats waar kinderen kunnen lopen en spelen, m.n. behorend bij een school.