Wat is de betekenis van Spaans?

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

Spaans

Spaans - Zelfstandignaamwoord 1. (taal) een taal die oorspronkelijk werd gesproken in (het centrale deel van) Spanje, maar nu ook in alle Zuid- en Midden-Amerikaanse landen, met uitzondering van Brazilië en de Guyana's Spaans - Bijvoeglijk naamwoord 1. (demoniem) met betrekking tot Spanje of het Spaans Woordherkomst...

2024-04-20
Familienamen

Leendert Brouwer (2017)

Spaans

De naam Spaan is in de Middeleeuwen als voornaam aangetroffen. De familienaam Spaans is mogelijk een patroniem afgeleid van deze voornaam.

2024-04-20
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Spaans

1. een -e mat verkwanselen, 19de-eeuws Bargoens voor ‘een valse eed afleggen’. 2. - ameublement, onder deurwaarders de wat denigrerende ben. voor huisraad die vnl. uit sinaasappelkistjes is samengesteld. 3. - bordeel, in Vlaanderen wordt deze uitdr. gebruikt m.b.t. een huis waar alles in wanorde ligt, waar getier en geraas is. Titel ook van een boe...

2024-04-20
Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

Spaans

zie schimmel.

2024-04-20
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

Spaans

Spaans - Verwijst naar de cultuur van het huidige Spanje, of in het algemeen naar de culturen die zich ontwikkelden op het Iberisch schiereiland in Zuidwest-Europa. Verwijst ook naar de culturen die zich ontwikkelden onder invloed van de Spaanse kolonisten en hun nakomelingen, in het bijzonder in de culturen van Latijns-Amerika.

2024-04-20
Erotisch woordenboek

Hans Heestermans (1977)

spaans

spaans - in verb. ter omschrijving van ‘syfilis’ als: spaanse kraag, spaanse pokken, spaanse wesp. De benaming vindt zijn oorsprong in het feit dat Columbus de ziekte uit Amerika meebracht naar Spanje, van waaruit ze zich over Europa verspreidde. Zie voor een opsomming van venerische ziekten het laatste citaat. Van de Spaensche wesp en...

2024-04-20
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

Spaans

: Spaanse bok (de, -ken), (hist.) bestraffing van een slaaf, waarbij deze met van voren samengebonden handen werd neergelegd, met de knieën tussen de armen naar voren getrokken, en vervolgens beurtelings op beide zijden geslagen werd met een tamarindezweep. Een Spaansche bok voor de man Negers was spoedig opgeloopen (van Schaick 1866: 54). Op...

2024-04-20
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Spaans

adj. & adv., Spaensk.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)