Wat is de betekenis van Soulier?

2024-04-16
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Soulier

(lage) schoen; être dans ses petits souliers, niet op zijn gemak zijn, in de knel zitten; chacun sait où le soulier le blesse, ieder weet ’t best waar de schoen hem wringt.

Gerelateerde zoekopdrachten