somnambulisme
somnambulisme - Zelfstandignaamwoord 1. (medisch) slaapwandelen 2. helderziendheid tijdens een slaaptoestand Woordherkomst afgeleid van Somnus, de mythologische god van de slaap met het achtervoegsel -isme
Wiktionary (2019)
somnambulisme - Zelfstandignaamwoord 1. (medisch) slaapwandelen 2. helderziendheid tijdens een slaaptoestand Woordherkomst afgeleid van Somnus, de mythologische god van de slaap met het achtervoegsel -isme
T.Beijer en C.G.L.Apeldoorn (1998)
slaapwandelen; somnolentie: slaperigheid, iets verlaagd bewustzijn; somniferum: slaapmiddel. Deze eponiemen danken hun naam aan Somnus, de mythologische god van de slaap. Somnus, ook wel Hypnos geheten, was de tweelingbroer van Thanatos, de dood. Nux, de nacht, was hun moeder.
Ernst Meyer Camberg (1981).
een soort schemertoestand. Slaap- en nachtwandelen in onbewuste toestand, in een diepe slaap met dromen. Onder kunstmatig s. verstaat men de hypnotische slaap, die ook trance genoemd wordt.
Van Dale Uitgevers (1950)
o., slaapwandelen: men onderscheidt kunstmatig somnambulisme, opgewekt door hypnose en spontaan somnambulisme, waarbij de patiënt met gesloten ogen rondwandelt en allerlei dingen doet waarvan hij zich na het ontwaken niets meer herinnert.
Winkler Prins (1949)
(van Lat. sommis, slaap, ambulare, wandelen), een groep verschijnselen, gekenmerkt door verminderde bewustzijnsgraad. Behalve het eigenl. slaapwandelen* (ideo-S.) onderscheidt men het hypnotisch S. en het auto-S., waarbij resp. door hypnose of auto-suggestie mediamiek aangelegde personen in een trance-toestand gebracht worden.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: