Wat is de betekenis van Sofist?

2024-04-25
Jules Grandgagnage

Schrijver op Ensie

Sofist

Sofisten waren Griekse filosofen die in de 5e eeuw v.Chr. burgers tegen betaling leerden hoe zij succesvol moesten spreken in de rechtbank en in de volksvergadering. In Plato's dialogen verschijnen zij als pedante leraars die niet naar waarheid zoeken zoals Socrates, maar ten koste van alles via argumentatie gelijk willen halen. Ondanks de kritiek...

2024-04-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Sofist

[Lat. sophistes = drogredenaar, van Gr. sophistès = wijze, wijsgeer; ook: drogredenaar] wie met sofismen iets tracht te bewijzen. (De sofisten in het oude Griekenland waren rondtrekkende leraren die tegen betaling onderricht gaven, vnl. in de wijsbegeerte en redeneerkunst).

2024-04-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Sofist

leermeester in het denken en spreken (bij de oude Grieken); iemand die drogredenen aanvoert

2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Sofist

drogredenaar; spitsvondig redenaar

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

sofist

('fist) m. (-en) 1. Eig. in de Oudheid, leermeester, vooral te Athene, die zijn leerlingen een algemene ontwikkeling gaf. 2. Metf. spitsvondig wijsgeer, drogredenaar.

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)