soevereiniteit
soevereiniteit - Zelfstandignaamwoord 1. opperste staatsgezag Woordherkomst afgeleid van soeverein met het achtervoegsel -iteit
Alles over bitcoin, cryptovaluta en de blockchain
Nederlandstalige WikiWoordenboek
soevereiniteit - Zelfstandignaamwoord 1. opperste staatsgezag Woordherkomst afgeleid van soeverein met het achtervoegsel -iteit
Ontleend aan de encyclopedie van de mensenrechten
Soevereiniteit is het idee dat binnen een staat een bepaalde persoon of groep in laatste instantie haar wil kan opleggen aan de maatschappij. Soevereiniteit is nodig om geschillen te kunnen beschikken. Absolute soevereiniteit is bepleit door filosofen als Thomas Hobbes (1588-1679), die stelde dat burgers automatisch al hun rechten overdragen aan de...
Auteur: F.J.J. Tebbe
1)In een strikt juridische betekenis duidt de term op ongebonden, niet tot voorafgaande rechtsregels te herleiden bevoegdheid of macht. In deze zin houdt het begrip nauw verband met absolutisme. Soevereiniteit wordt vaak gekoppeld aan een koning of een andere vorst: de soevereine koning. Maar in grondwetten en in staatstheoretische literatuur stuit...
Geschiedenisles voor bovenbouw
Hoogste macht die onder geen ander gezag staat.
Woordenboek vreemde woorden
[Fr. souverainité] oppermacht, het onafhankelijk-zijn (van een staat).
Lexicon van de geschiedenis van Nederland & België
Soevereiniteit, vrijheid om onafhankelijk van wie dan ook zelfstandig over zijn gedragingen te kunnen beslissen; het begrip wordt vooral gebruikt in verband met staten en staatshoofden. Soevereiniteit kan ook vertaald worden met het bezitten van de hoogste macht. Er zijn verschillende vormen van soevereiniteit. Staatssoevereiniteit wil zeggen dat d...
Jan Meulendijks
oppermachtige heerschappij
Art & Architecture Thesaurus
soevereiniteit - Hoogste en onafhankelijke macht van een politiek lichaam om wetten te maken en toe te passen binnen zijn eigen grenzen en om internationale betrekkingen te onderhouden.
Encyclopedie voor Zelfstudie
onafhankelijkheid van het bevel van een ander. Zo is een staat soeverein wanneer geen andere staat zijn wetgeving kan beïnvloeden. Vroeger waren ook de vorsten soeverein, omdat zij regeerden uit eigen recht („bij de gratie Gods”) en niet aan het parlement verantwoordelijk waren; zie soevereine rechten.
H.W.J. Volmuller (1981)
vrijheid om onafhankelijk van ieder ander zelfstandig over zijn gedragingen te beslissen, vooral gebruikt t.a.v. staten en staatshoofden. Het bezit van de hoogste macht. Zo kent men staatssoevereiniteit, d.w.z. de staat is aan geen hoger gezag onderwerpen; territoriale soevereiniteit betreffende het gebied: personele soevereiniteit t.a.v. de staats...
M. J. Koenen's Verklarend handwoordenboek
v. (Fr. souveraineté: oppermachtige heerschappij; oppermacht; heerschappij).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.