Wat is de betekenis van snugger?

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

snugger

snugger - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: snug-ger 1. wie het vlug snapt en snel reageert ♢ dat joch is een buitengewoon snugger mannetje Bijvoeglijk naamwoord: snug-ger ... is snuggerder dan ... ...

2024-04-19
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

snugger

skrander, wakker.

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Snugger

adj. & adv., snoad, skrander, elf, skerp, tûk; aardig —, net sa snotterich; hij is niet al te —, hy is net al to erch, hy is de erchste net, hy is net alto alto, hy is goed (foar him) hinne.

2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SNUGGER

bn. bw. (-der, -st), schrander, bevattelijk: een snuggere knaap; iets snugger opmerken; — vaak ironisch: een snuggere opmerking maken; — hij is niet van de snuggersten, niet erg bij.

2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

snugger

bn., bw.; snuggerder, snuggerst (wakker, levendig,vlug, schrander): e. snugger ventje; die knecht ziet er niet snugger uit; snugger antwoorden.

2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

snugger

('snuggər) bn. en bw. (-der, -st) schrander, vlug, bijdehand : een -e knaap; antwoorden.

2024-04-19
Keur van Nederlandsche woordafleidingen

J.Pluim (1911)

Snugger

afl. van een w.w., waarvan de wt. snug (met bijvormen snig, snik) „glad zijn” bet.; vgl. ’t Hgd. schniegeln : de haren gladstrijken. Snugger beantwoordt dus in fig. zin aan ons glad; een gladde vent. — De bijvorm komt voor in ons snik; „hij is niet goed snik".

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)