snibbigheid
het snibbig zijn. het snibbig zijn; het fel en nijdig zijn; het geprikkeld en afgemeten zijn; bitsheid; bitsigheid; vinnigheid. Voorbeelden: Dr. van W. heeft beslist kennis maar ze communiceert slecht, is heel vergeetachtig, houdt zich niet aan afspraken en wordt boos als je haar erop aanspreekt. Ze kan vriendelijk zijn maar het slaa...