Sneeuwwit
adj., sniewyt, sa wyt as snie.
Van Dale Uitgevers (1950)
I. bn., wit als sneeuw; zeer wit: alles was sneeuwwit; sneeuwwitte haren ; — sneeuwwitte wasplaat, sneeuwzwammetje : II. zn. o., 1. het wit, witheid als van sneeuw; 2. de fijnste soort van zinkwit.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
Sneeuwwit - zie PERMANENTWIT en LOODWIT. De naam wordt ook gebruikt voor magnesium-carbonaat en zinkwit.
J.H. van Dale (1898)
SNEEUWWIT - bn. wit als sneeuw; zeer wit; alles was sneeuwwit; sneeuwwitte haren; — o. zinkwit; ...WOLK, v. (-en), wolk met sneeuw beladen; ...WORM, m. (-en), (nat. hist.) de zwarte larve van den glimworm, die ’s winters soms bij groote troepen op de sneeuw wordt aangetroffen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: