Wat is de betekenis van smaldeel?

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

smaldeel

smaldeel - zelfstandig naamwoord uitspraak: smal-deel 1. wat kleiner is dan het totaal ♢ deze groep is een smaldeel van de Marine 2. groep marineschepen of militaire vliegtuigen ♢ dit smaldeel h...

2024-03-29
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

smaldeel

een in verband optredende groep oorlogsschepen van diverse afmetingen en bewapening.

2024-03-29
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

smaldeel

klein gedeelte.

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SMALDEEL

o. (...delen), 1. onderdeel, onderafdeling; 2. elk der drie hoofdafdelingen waarin een vloot verdeeld is ; eskader ; — kleine groep gezamenlijk varende of optredende schepen.

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

smaldeel

o. smaldelen (eig. klein deel: deel ener oorlogsvloot, eskader).

2024-03-29
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Smaldeel

→ Eskader.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

smaldeel

('smal) o. (...delen) 1. Algm. klein gedeelte. 2. Inz. deel van een oorlogsvloot, eskader.

2024-03-29
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Smaldeel

noemt men een gedeelte eener oorlogsvloot.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

SMALDEEL

SMALDEEL - o. (-en), klein gedeelte; (oorl.) eene der drie hoofdafdeelingen, waarin eene vloot verdeeld is, eskader.