Wat is de betekenis van slimmerd?

2024-03-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

slimmerd

slim persoon. iemand die slim is; slim persoon. Ook wel ironisch voor iemand die juist helemaal niet slim is. Voorbeelden: Een slimmerd wees me op een detail: de organisator van de bedrijfjes kon twee keer commissie innen! Aster Berkhof, Verborgen schade, 2001 Goed, er zijn slimmerds geweest die met de min of meer humo...

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Slimmerd

s., liepert, goochemert, houtsje (it).

2024-03-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Wil je toegang tot alle 6 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SLIMMERD

m. (-s), geslepen, schrander persoon,. veelal iron.: die slimmerd!