Wat is de betekenis van slapeloosheid?

Ervaring leert dat zeer hoogklinkende klankschalen, bellen, tingsha’s en kung-zee’s heel energiek zijn, en dus beter niet vlak voor het slapengaan worden gebruikt.

slapeloosheid - Zelfstandignaamwoord 1. (psychologie) (medisch) een slaapstoornis Woordherkomst afgeleid van slapeloos met het achtervoegsel -heid Synoniemen insomnie

slapeloosheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: sla-pe-loos-heid 1. toestand waarin je bijna niet slaapt ♢ mevrouw Markus heeft last van slapeloosheid Zelfstandig naamwoord: sla-pe-loos-heid de slapeloosheid

Te weinig nachtrust door te vaak slecht slapen. Daardoor ben je overdag te moe en doe je veel op halve kracht. Slapeloosheid kan komen door een ziekte of toestand, bijvoorbeeld rusteloze benen (zie rustelozebenensyndroom), spierkramp, hartkloppingen of de overgang, maar ook door spanning en zorgen (psychische stress). Mensen kunnen daardoor moeilij...

is meestal een bijverschijnsel van een nerveuze irritatie, tengevolge van geestelijke of lichamelijke overspanning. Vrees, schrik, angst, pijn, zorgen, niet verwerkte ervaringen die spanning oproepen verhinderen dat de mens in slaap valt. Gebruik van stimulerende middelen (alcohol, nicotine, enz.), koude voeten, stoornissen van de bloedsomloop, in...

insomnia, kan berusten op ziekteverschijnselen, die het inslapen beletten (pijn e.d.) maar is meestal een psychische afwijking (neurose).

s., sliepeleazens, sliepeleasheit.

...

v., toestand van niet te slapen of niet te kunnen slapen, bep. als nerveuze stoornis: aan slapeloosheid lijden.