sinopel
sinopel - Zelfstandignaamwoord 1. (heraldiek), (kleur) de kleur groen zoals deze op wapens gebruikt wordt ♢ Een leeuw van sinopel op een veld van zilver.
Wiktionary (2019)
sinopel - Zelfstandignaamwoord 1. (heraldiek), (kleur) de kleur groen zoals deze op wapens gebruikt wordt ♢ Een leeuw van sinopel op een veld van zilver.
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Fr. sinople, van Lat. sinopis = rood oker] oorspr. bep. bruin mineraal uit Sinope aan de Zwarte Zee; (her.) groen.
Van Dale Uitgevers (1950)
(<Fr.), o., 1. een door ijzeroxyde bruin gekleurde kwartssoort. 2. (herald.) groene kleur, t.w. smaragdgroen voorgesteld door een schuine arcering van links hoven naar rechts beneden.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
In de → heraldiek benaming voor groen, nl. smaragdgroen. In zwartdruk weer te geven door een schuine arceering van links boven naar rechts beneden.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: