Wat is de betekenis van sierlijk?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

sierlijk

sierlijk - Bijvoeglijk naamwoord 1. met gratie De duiker maakte een sierlijke sprong . Woordherkomst Naamwoord van handeling van sieren met het achtervoegsel -lijk Verwante begrippen bevallig, elegant, esthetisch, geraffineerd, gracieus, modieus, net, zwierig

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

sierlijk

sierlijk - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: sier-lijk 1. met vloeiende lijnen of bewegingen ♢ hij schreef zijn naam in sierlijke letters Bijvoeglijk naamwoord: sier-lijk ... is sierlijker dan ... ...

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Sierlijk

adj. & adv., sierlik.

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Sierlijk

bn. bw. (-er, -st), zo dat het siert, fraai, net, bevallig, elegant: een sierlijke handbeweging; — sierlijk schrijven, spreken-, zich sierlijk kleden-, —sierlijk streepklokje, een zwam (Psathyra gracilis).

2024-04-25
Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

Sierlijk

-, bevalligheid, atildar, een tilde op de n zetten; laken, gispen, misprijzen; optooien, uitdossen, atinado, juist, treffend, raak. atinar, treffen (bij het schieten); raden;

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

sierlijk

bn., bw. (geschikt om te versieren; fraai bewerkt, bevallig, elegant): een rij van sierlijke villa’s; de sierlijke kledij der ridders en edelvrouwen; zich sierlijk uitdrukken; sierlijk stellen.

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

sierlijk

bn. en bw. (-er, -st), geschikt om te versieren, zo dat het siert, fraai, bevallig, elegant: — schrijven, spreken; zich — kleden; een sierlijke beweging.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)