Wat is de betekenis van Servies?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

servies

servies - Zelfstandignaamwoord 1. een bij elkaar horend stel borden, schalen en ander eetgerei Heb je een nieuw servies gekocht?.

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

servies

servies - zelfstandig naamwoord uitspraak: ser-vies 1. bij elkaar horende schotels, borden, schalen etc. die je bij de maaltijd gebruikt ♢ twee onderdelen van het servies zijn gebroken Zelfstandig naamwoord: ser-vies ...

2024-04-24
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Servies

hij/zij hoort ook bij het hij, zij hoort er ook bij. Schertsend clichégezegde. Die hoort ook bij het servies! (Willem van Iependaal: Onder de pannen, 1952)

2024-04-24
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

servies

stel eet- of drinkgereedskap.

2024-04-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Servies

s.n., servys (it).

2024-04-24
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Servies

(<Fr.), o. (...zen), stel vaatwerk voor een maaltijd, voor het schenken van koffie, thee enz.: een zilveren, porseleinen servies; — (zegsw.) hij (zij) hoort ook: bij het servies, hoort er ook bij (bij de familie, het gezelschap).

2024-04-24
Humoristisch woordenboek

H. Moritsen (1939)

Servies

Porselein eetgerij met gelijmde knoppen en oren.

Wil je toegang tot alle 17 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

servies

o. serviezen (Fr. service: een bij elkaar behorende hoeveelheid vaatwerk voor eten en drinken): een volledig theeservies; eetservies.