Wat is de betekenis van Semi-?

2024-04-18
Nederlands Logopedisch Lexicon

L.J.M. Bogaert (2007)

Semi-

(srnst), half; z.o. hemi-.

2024-04-18
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Semi-

[Lat., vgl. Gr. hèmi-] half-.

2024-04-18
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Semi-

Lat. voorvoegsel, dat half of de helft betekent.

2024-04-18
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Semi-

(Lat.), half (in samenst.).

2024-04-18
Vreemde woorden in de natuurkunde en namen der chemische elementen

Prof. Dr. P.H. van Laer (1949)

Semi-

(Lat.; = half-). Eerste lid in samenstellingen met de genoemde betekenis.

2024-04-18
Geneeskundig woordenboek (EN-NL)

dr. mr. W. Schuurmans Stekhoven (1949)

semi-

semi-, half-; semicircular canal canalis semicircuiaris, halfcirkelvormige kanaal; semi-coma, gedeeltelijk coma; semi-flexion, semiflexie, gedeeltelijke buiging; semi-lunar, halvemaanvormig; semilunar cartilages, menisci van de knie; semi-lunare os lunatum, maan been; semi luxation, semiluxatie, subluxatie, gedeeltelijke ontwrichting; semi-narcosis...

2024-04-18
Vreemde woorden in de wiskunde

Dr. E.J. Dijksterhuis (1939)

Semi-

(Lat. half-; wisselt af met hemi-; < Gr.). Het voorvoegsel semi- wordt soms in de lett. bet. gebruikt, b.v. semikubisch, soms om het voorkomen van een grensgeval aan te geven (bv. semidefiniet), soms om uit te drukken, dat de gestelde voorwaarde minder streng is dan in het algemene geval (bv. semiuniform convergent).

2024-04-18
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)