screen
(zelfstandig naamwoord) [alg.] scherm
Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)
Henk Biemond (1985)
Beeldscherm Het projectie-oppervlak van een beeldschermterminal met een kathodestraalbuis of een plasmapaneel.
J. van Donselaar (1936)
(de, -en), (uitspr. E: skrien), 1. gaas in een raamopening e.d. om muskieten en andere hinderlijke dieren buiten te sluiten; vliegengaas. Mijn Hollandse oudere collega[’s waren vriendelijk voor mij, maar ik moest toçh veel spot verduren om mijn kromme Hollands. ( ) Om de achterstand in te halen, bracht ik kranten naar mijn kamertje (zo...
Dr. F.P.H. van Wely (1951)
1. 1. schermï, schut(sel), afschutting, koorhek, horretje; beschutting, maskering, dekking; ruit [v. auto]; 2. doek [v. bioscoop]; 3. grove zeef; 4. rooster; II. 1. beschermen, beschutten (voor, tegen from), afschermen, afschutten; 2. maskeren, verbergen; dekken; 3. ziften; 4. vertonen [film]; verfilmen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: