Wat is de betekenis van schreeuw?

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

schreeuw

schreeuw - zelfstandig naamwoord 1. hard geluid met je stem ♢ we hoorden een schreeuw en zagen hem vallen Zelfstandig naamwoord: schreeuw de schreeuw de schreeuwen het schreeuwt...

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Schreeuw

s., gjalp, gûl, skreau, gei; met -en, gjalp(er)ich.

2024-03-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Schreeuw

m. (-en), luide, doordringende roep of kreet: een harde schreeuw geven.

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

schreeuw

m. schreeuwen, schreeuwtje (luide doordringende kreet, roep): een schreeuw geven, laten horen, hard geluid.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

schreeuw

(schre:w) m. (-en;—tje) luide, doordringende roep : een geven, laten (horen). Syn. → gil.

2024-03-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Schreeuw

m. (-en), luide, doordringende roep of kreet: een harde schreeuw geven.

2024-03-29
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Handwoordenboek van Nederlandsche synoniemen

J.V. Hendriks (1898)

Schreeuw

zie Gil. Schreeuwen — gieren — gillen — krijten — krijschen. Een schel stemgeluid doen hoofen. Schreeuwen kan nog gearticuleerd zijn. Gieren en, nog sterker, gillen geven het uitbrengen van een onaangenaam hoog stemgeluid te kennen. Krijten en krijschen drukken hetzelfde uit, maar krijten met de bijgedachte van smart, terwi...