Wat is de betekenis van schilder?

2024-04-18
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

schilder

schilder - zelfstandig naamwoord uitspraak: schil-der 1. kunstenaar die afbeeldingen maakt met verf ♢ de schilder maakte een schilderij in olieverf 2. iemand die als beroep muren en kozijnen verft ...

2024-04-18
Dromen encyclopedie

Fink (1998)

Schilder

Verschijnt in onze dromen meestal als een geïnspireerde maar ietwat lichtzinnige man, die z’n kwast (volgens de opvatting van veel droomonderzoekers een puur seksueel symbool) hanteert en in gevarieerde kleuren datgene schildert, wat we in het geheim van de waaktoestand verwachten. Let er goed op wanneer hij iets met zwarte verf op een w...

2024-04-18
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Schilder

s., ferver; (kunstschilder), skilder.

2024-04-18
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-18
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Schilder

m. (-s), 1. iem. die zijn beroep maakt van het met verf bestrijken van houtwerk en allerlei voorwerpen, ook van het aanbrengen van opschriften en decoraties, verver: de schilders zijn nog in het huis bezig; 2. iem. die de kunst beoefent van met verf schone voorstellingen te scheppen, kunstschilder : Rubens en Rembrandt zijn onze beroemdste schilde...

2024-04-18
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

schilder

m. schilders, schildertje (persoon, die schildert: 1 verver; 2 kunstschilder): 1. de schilders en stukadoors staakten; 2. de Amsterdamse grote schilders.

2024-04-18
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

schilder

('schildər) m. (-s; -tje) 1. Alom. hij die bouwwerken enz. schildert, verft : de -s zijn al aan het huis bezig; huisschilder. Syn. verver. 2. Inz. hij die de kunst van schilderen beoefent : die jongen zal een groot worden; kunstschilder; voor de zitten, zich laten schilderen.

2024-04-18
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Schilder

m. (-s), 1. iemand die zijn beroep maakt van het met verf bestrijken van houtwerk en allerlei voorwerpen: de schilders zijn nog in het huis bezig; 2. kunstschilder: Rubens en Rembrandt zijn onze beroemdste schilders; een schilder van bloemstukken.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-18
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)