Wat is de betekenis van schijnsel?

2024-04-23
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

schijnsel

schijnsel - zelfstandig naamwoord uitspraak: schijn-sel 1. zacht licht ♢ bij het schijnsel van een kaars hebben we gedineerd Zelfstandig naamwoord: schijn-sel het schijnsel

2024-04-23
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Schijnsel

s.n., skynsel (it), skyn; zwak —, blinkje (it).

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Schijnsel

o. (-s), 1. schijn, licht: in het schijnsel der maan ; het schijnsel der lamp ; — gewoonlijk gezegd van flauw of indirect licht; 2. (w. g.) schijnbeeld, schim.

2024-04-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

schijnsel

o. schijnsels (1 schijn, licht; inz. zwak, flauw licht; 2 vero. verschijning, schim, schaduwbeeld); 1. het schijnsel der maan, der sterren; een onzeker geel schijnsel viel naar binnen; 2. het is een schijnsel, dat bij het grijpen vlucht.

2024-04-23
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

schijnsel

(‘schijnsəl) o. (-s) iets dat schijnt nl. 1. flauwe, onrechtstreekse schijn: het van een vetkaars; het van het vuur op de wand. 2. W. g. schijnbeeld: een dat bij ’t grijpen vlucht.

2024-04-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Schijnsel

o. (-s), schijn, licht: in het schijnsel van de maan; gewoonlijk gezegd van flauw of indirect licht.

2024-04-23
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Schijnsel

Schijnsel - o. (-s), schijn, licht, straalflikkering : in het schijnsel der maan; het schijnsel der lamp.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-23
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)