Wat is de betekenis van schabouwelijk?

2024-04-23
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

schabouwelijk

vreselijk, ellendig Ester Castano wil vooral blijven schrijven, maar een passend loon dat haar helpt te overleven zou welkom zijn. ‘De tarieven voor regionale freelancers zijn schabouwelijk’, vertelt Castano. (De Standaard) Oorspronkelijk een Zeeuwse molenaarsterm. Een molen werd 'schabouw' gezet, met de wieken...

2024-04-23
Kuifje in Vlaanderen

Michel Uyen

schabouwelijk

schabouwelijk Nederlands schrijven: slecht, erbarmelijk Nederlands

2024-04-23
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

schabouwelijk

(bn. en bw.) vreselijk, jammerlijk, slecht. De brief is in schabouwelijk Nederlands geschreven en bij lezing vraag je je soms af wat de minister bedoelt. - DM, 22-02-2003 Schabouwelijk getekend en slordig vertaald ook nog (‘u hoed’ i.p.v. ‘uw hoed’ bijvoorbeeld). - FET, 22-01-2003.

2024-04-23
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

schabouwelijk

Droevig, jammerlijk, ellendig; - vreselijk, gruwelijk; - gevaarlijk. Zo triestig en schabouwelijk is het in Vlaanderen, zelfs langs de grote wegen, dat de herbergiers hun deuren afgrendelen zohaast de avond is gevallen, BOON 1975, 224.

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Schabouwelijk

bn. bw., (Zuidn.) 1. jammerlijk, ellendig ; 2. gevaarlijk; — tuitelig ; 3. vreselijk.

2024-04-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

schabouwelijk

bn. (Z.-N. schromelijk; gevaarlijk): schabouwelijk nieuws; een schabouwelijke baan.

2024-04-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Schabouwelijk

bn. en bw., (gew.) 1. jammerlijk, ellendig; 2. vreselijk; 3. gevaarlijk.

2024-04-23
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Gerelateerde zoekopdrachten