Wat is de betekenis van Ruzie?

2024-03-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

ruzie

ruzie - zelfstandig naamwoord uitspraak: ru-zie 1. toestand van kwaad zijn op elkaar ♢ mijn broers hebben altijd ruzie 1. ruzie maken [kwaad doen tegen iemand] 2....

2024-03-19
MOM's lexicon van de opvoedmisstanden

Marga Schiet (2003)

Ruzie

Ruziemaken is zinloos. Het is goed voor kinderen om met conflicten om te leren gaan. Boosheid kan heel gezond zijn, vooral als je daarmee voor jezelf durft op te komen. Ook kinderen moeten hun positie in het gezin bepalen. Ze moeten leren wat wel en wat niet kan en hoe ze met hun emoties moeten omgaan, en daar moet heel wat voor geoefend worden. T...

2024-03-19
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

ruzie

- in ruzie vallen/zijn/liggen met, ruzie hebben met. Jelena Dokic en haar entourage zullen altijd wel met iemand in ruzie liggen, zelfs al trekken ze zich terug op het onbewoonde Peterselie-eiland. - Metro, 31-01-2003.

2024-03-19
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

ruzie

In de verb. in ruzie zijn, liggen (met iem.), ruzie hebben. Hij was een vechtjas, voortdurend in ruzie met de katholieken, BOON 1977, 112.

2024-03-19
Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

Ruzie

Er zijn een paar woorden in het Nederlands die aanvankelijk op een toonloze e eindigden, maar die uitgang later hebben verduidelijkt tot ie. Zo '\s bombarie ontstaan uit bombare, klandizie uit kallandyse en ruzie uit ruze, ruse, dialectisch ook ruize. Het woord is afgeleid van een oud werkwoord ruzen of ruizen dat betekende: lawaai maken. Het...

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Ruzie

s., rûzje, spul (it), drokte, heibel bargebiten (it), deilisskip, lijen (it) hege wurden, pl.;hebben, deilis wêze, yn ’e byt wêze, spul, lêst hawwe; — met iem. hebben, it mei immen by de, in ein hawwe, it mei immen oan 'e stôk hawwe; samenhebben,...