Rusten (zich)
rusten (zich) - (rustte zich, heeft zich gerust), toebereidselen maken, zich het noodige aanschaffen voor : zich ten strijde rusten, zich op den oorlog voorbereiden.
J.H. van Dale (1898)
rusten (zich) - (rustte zich, heeft zich gerust), toebereidselen maken, zich het noodige aanschaffen voor : zich ten strijde rusten, zich op den oorlog voorbereiden.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: