Wat is de betekenis van Router?

2024-04-25
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

router

(zelfstandig naamwoord) [ict] webkastje, netwerkkastje - Het webkastje krijg je van je internetverbinder in bruikleen.

2024-04-25
Begrippenlijst FOD Economie

Belgische overheid (2019)

Router

Router - Apparaat dat netwerken met elkaar verbindt doordat het een signaal kan filteren en richten afhankelijk van het IP-adres.

2024-04-25
Internet woordenboek

Ensie (2001)

router

synoniem: IP-router. Computer die is belast met de verzending van pakketjes tussen verschillende netwerken en knooppunten van een packet-switching netwerk zoals Internet. De router beschikt over (actuele) informatie over andere routers en routes in het netwerk, en bepaalt op grond hiervan welke pakketjes naar welke knooppunten worden verzonden. Zie...

2024-04-25
Woordenboek Internettaal

Martin Bannink (1995)

Router

Een 'router' is een van de meest vitale onderdelen van Internet. Voordat je dit verder leest, lees eerst de omschrijving onder het trefwoord 'packet switching' (anders moet dat twee keer toegelicht worden). Daar ben je weer! In het proces van 'dynamic routing en rerouting' bestaan er computers die niets anders doen dan elektronisch dataverkeer over...

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)