Wat is de betekenis van Roosten?

2024-04-24
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

roosten

(roostte, heeft geroost), roosteren. De paramaka’s roost ze in hete as (Hijlaard 14). - Etym.: In AN veroud.

2024-04-24
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Roosten

(ook roosteren) is het in droge toestand verhitten van producten, zodat chemische omzettingen plaatsvinden (z. Branden).

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Roosten

(roostte, heeft geroost), I. overg. 1. (veroud., Zuidn.) roosteren: geroost brood. 2. (inz. van plantaardige delen, vruchten, zaden) aan de hitte van vuur blootstellen ter bereiding voor het gebruik: de bruine kleur van Japanse soja is afkomstig van geroost rijstemeel; koffiebonen, cacao roosten, vóór ze gemalen worden;...

2024-04-24
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Roosten

oxydatie-bewerking, die in de metallurgie uitgevoerd wordt door ertsen onder toetreding van lucht te verhitten; vele metaalsulfieden worden geroost, om ze in de overeenkomstige metaaloxyden om te zetten. De hierbij ontwikkelde zwaveldioxyde wordt vaak op zwavelzuren verwerkt.

2024-04-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

roosten

roostte, h. geroost (bruin braden op een rooster; van plantaardige delen: aan de hitte of warmte van vuur blootstellen, met verschillende doeleinden; scheik. verhitten van mineralen aan de lucht): brood roosten, vlees roosten, geroost rijstemeel; scheik. roosten van loodglans.

2024-04-24
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Roosten

i/d scheik. en metallurgie het verhitten v. stoffen in bep. apparaten om ze v. verdere verwerking geschikt te maken.

2024-04-24
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Roosten

(metallurgisch), verhitten aan de lucht, waardoor verbranding optreedt; wordt vooral gezegd van sulfiden, waarbij de zwavel verbrandt tot zwaveldioxyde en als zoodanig ontwijkt, terwijl het metaal in oxyde overgaat en in dezen vorm overblijft. Geroost worden bijv. pyriet, zinkblende, loodglans. Zernike.

2024-04-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

roosten

('ro:stən) (roostte, geroost) I. (heeft) 1. cp een rooster braden : brood, vlees ~. Syn. → bakken. 2. aan de hitte van vuur blootstellen : koffiebonen -. II. (is) donkerbruin worden : zijn gezicht is van de zon geroost.

Wil je toegang tot alle 17 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Algemeen Technisch woordenboek

H.J. van Eyk (1916)

Roosten

Verhitten onder afsluiting van dampkringslucht.