roof
roof - zelfstandig naamwoord 1. het met geweld pakken wat van iemand anders is ♢ het bericht over deze kunstroof heeft in alle kranten gestaan 2. korst op een wond of zweer ♢ de wond geneest al, er zit een ro...
Muiswerk Educatief (2017)
roof - zelfstandig naamwoord 1. het met geweld pakken wat van iemand anders is ♢ het bericht over deze kunstroof heeft in alle kranten gestaan 2. korst op een wond of zweer ♢ de wond geneest al, er zit een ro...
P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)
Fink (1998)
Worden we in een droom beroofd, dan wijst dit op karakterzwakte, maar ook op minderwaardigheidscomplexen op het seksuele vlak. Rovers die we op heterdaad betrappen, symboliseren de fouten die we met ons mee moeten dragen. Wanneer we deze fouten hebben herkend, dan kunnen we er iets tegen ondernemen.
Fa. A.J. Osinga (1952)
1. s.; (diefstal), rôf, roof, bút. 2. s.; (korst), rouwe; (van uitslag) útrinder, útrinsel (it).
Dr. F.P.H. van Wely (1951)
I. dak; gewelf; the roof (of the mouth), het verhemelte; II. van een dak of gewelf voorzien, onder dak brengen (ook: roof in, over); overwelven.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: