Wat is de betekenis van Roemvol?

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Roemvol

bn. bw. (-Ier, -st), roemrijk: een roemvolle plaats bekleden; een roemvolle traditie.

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

roemvol

bn., bw.; roemrijk: een roemvolle daad.

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

roemvol

('roem) bn. (-Ie) en bw. (-Ier, -st) vol roem, met veel roem : -le daden; een -le plaats bekleden.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Roemvol

Roemvol - bn. bw. vol roem, met zeer veel roem : eene roemvolle plaats bekleeden; een roemvol optreden ; eene roemvolle jeugd, ouderdom.

Gerelateerde zoekopdrachten