Wat is de betekenis van rijk?

Rijk - Eigennaam 1. naam die wordt gebruikt voor de centrale overheid in Nederland ♢ Belastingen van het Rijk worden geheven uit kracht van een wet. 2. als deel van de naam van een gebied ♢ het Romeinse Rijk, het Rijk van Nijmegen Rijk...

Overheidsorgaan, bestaande uit alle ministeries (inclusief alle diensten die deel uitmaken van de eigen organisatie), begrotingsfondsen en agentschappen.

rijk - bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord 1. met veel geld en bezit ♢ mijn broer Jan is een rijk man 1. slapend rijk worden [geld ontvangen zonder er veel voor te hoeven doen] ...

Het duizendjarig (vrede)rijk, de periode van duizend jaar na de terugkeer van Jezus, gezien als periode van vrede en geluk. In de Openbaring van Johannes wordt gesproken van het opsluiten van Satan voor duizend jaar bij de terugkeer van Christus; de martelaren en oprecht gelovigen staan dan uit de dood op en regeren samen met Christus duizend jaar...

Het Rijk is een openbaar lichaam met zelfbestuur en bevoegdheid binnen het Nederlands grondgebied

De centrale overheid.

De centrale overheid.

het -e Roomse leven periode waarin gebruiken en instellingen van de katholieke Kerk in volle bloei waren. De term werd ca. 1920 bedacht door de redactie van het tijdschrift De Katholieke Illustratie, en raakte vooral bekend door Michel van der Plas’ boek Uit het rijke RoomscheLeeven (1963). Cliché dat het erg goed doet bij schrijvers en journaliste...

Voor de vloek rijk God ‘machtig God’, die dienst doet als emotionele ontlading van frustratie, irritatie e.d., gaat dezelfde betekenis op als voor godverdomme. zie God.