richten
richten - regelmatig werkwoord uitspraak: rich-ten 1. het naar een bepaalde kant sturen ♢ hij richtte met zijn geweer op de benen van de inbreker 2. je naar hem toe keren ♢ ik richtte mij tot de...
Nederlands woordenboek voor onderwijs
richten - regelmatig werkwoord uitspraak: rich-ten 1. het naar een bepaalde kant sturen ♢ hij richtte met zijn geweer op de benen van de inbreker 2. je naar hem toe keren ♢ ik richtte mij tot de...
De Oosthoek is een Nederlandse encyclopedie die in verschillende uitvoeringen is verschenen
(richtte, heeft gericht), (overg. en abs.) 1. recht maken (e): blik, ijzeren platen recht overeind brengen, oprichten: de gebinten van huizen -; 2.in een rechte lijn brengen of gaan staan: een compagnie -, het front ervan in een rechte lijn brengen; rechts, links —, het commando daartoe; zich -, in het gelid gaan staan; 3. naar iemand of iet...
Nederlands woordenboek (7e druk)
(richtte, heeft gericht), 1. recht maken: een ontlaadstok richten, een gebogen ontlaadstok recht maken ; blik, ijzeren platen richten, alle bulten en ongelijkheden er uit kloppen; 2. recht overeind brengen, oprichten : de gebinten van huizen, schuren richten, oprichten en voorlopig, zoveel nodig, bevestigen; 3. in een rechte li...
Collectie Nederland: Musea, Monumenten en Archeologie
Oprichten, optrekken van gebinten en andere constructies.
Groot woordenboek der Nederlandsche taal
Het begrip richten heeft 2 verschillende betekenissen: 1. richten - richten - (richtte, heeft gericht), eene strekking (aan iets) geven, leiden, besturen; (zeew.) stellen : de zeilen, naar den wind richten; dat tuig is goed gericht, de raas zijn vierkant en waterpas gebrast en getopt; den koers noordwaarts richten ; — (mil.) een kanon, een g...
Gerelateerde zoekopdrachten