Wat is de betekenis van Retranchement?

2024-04-23
Het toppunt van Nederland

Aad Struijs (2002)

Retranchement

Mooie naam. Is Frans voor: verschansing of versterking . Dat was het ook. Het vestingstadje met zijn dubbele wallen en drie bastions werd in 1604 door Prins Maurits gebouwd. In het landschap zijn de fraai geconserveerde wallen en de forten Nassau en Oranje nog te herkennen. Ze lenen zich uitstekend voor een schitterende wandeling. De forten waren b...

2024-04-23
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Retranchement

[Fr.] 1. (krijgskunde) tweede verschansing waarachter men zich terugtrekt als de eerste verloren is gegaan; 2. uitgegraven verschansing in het open veld, veldschans.

2024-04-23
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Retranchement

verschansing; veldschans

2024-04-23
Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

RETRANCHEMENT

(Retrenchement, Tresement, → Cadsandria). Dorp binnen de gemeente Sluis in W.Z.V1.; vóór de gemeentelijke herindeling op 1 april 1970 een zelfstandige gemeente behoorde Terhofstede; aantal inw. ca. 420 (1980). Er is veel toerisme; ongeveer 60% van het huizenbestand is niet in gebruik voor permanente bewoning. Retranchement is een...

2024-04-23
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Retranchement

verschansing

2024-04-23
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Retranchement

afsnijding, inkorting, vermindering; weglating, uitlating; afschaffing; verschansing.

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Retranchement

(<Fr.), o. (-en), tweede wal of verschansing waarachter men zich terugtrekt als de eerste verloren is gegaan.

2024-04-23
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

retranchement

(Fr.) o. afsnijding; verschansing.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

retranchement

o. -en; Fr. verschansing, veldschans, sterkte. (ment = ment).