Reizen
(reisde, heeft en is gereisd), 1. een reis ondernemen ; zich naar een verwijderde plaats op weg begeven of bevinden: naar Londen reizen; — met een bep. van gesteldheid die aanwijst op welke wijze men zich verplaatst : per boot, per spoor, te voet reizen; tweede klas reizen ; — alleen bij dag reizen; 2. (abs.)...