Wat is de betekenis van Regeerder?

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Regeerder

m. (-s), hij die regeert, bestuurder; God is de regeerder aller dingen.

2024-04-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

regeerder

m. regeerders (bestuurder).

2024-04-23
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

regeerder

(rə'ge:rdər) m. (-s) hij die regeert. Syn. → alleenheerser.

2024-04-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

regeerder

m. (-s), bestuurder.

2024-04-23
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Regeerder

Regeerder - m. (-s), REGEERSTER, v. (-s), bestuurder, bestuurster; God is de regeerder aller dingen.

2024-04-23
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Regeerder

Regeerder, m. (-s), *...STER, v. (-s), bestuurder, bestuurster. *...KUNDE, v. gmv. kunst om te regeren. *...LES, v. (-sen), les -, onderrigt in de regeerkunst. *...LUST, m. gmv. zucht om te regeren.