Wat is de betekenis van Rattenzoon?

2024-04-26
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

rattenzoon

(1968) (scheldw.) verachtelijk persoon. • ‘Paul,' zegt Hildebrand, 'ik moet even op de Amstel wezen. Ga mee, rattenzoon.' (Paul A. Wilking: De roerige wereld van Pistolen Paul. 1968)

2024-04-26
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Rattenzoon

verachtelijk persoon; klootzak. Vgl. hoeren zoon, hondenzoon. ‘Paul,’ zegt Hildebrand, ‘ik moet even op de Amstel wezen. Ga mee, rattenzoon.’ (Paul A. Wilking, De roerige wereld van Pistolen Paul, 1968)

Gerelateerde zoekopdrachten