Wat is de betekenis van Raaien?

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Raaien

(raaide, heeft geraaid), peilingen doen op een rivier, gewoonlijk in een richting loodrecht op de stroom.

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

raaien

men raaide, h. geraaid (peilingen doen op een rivier [meest loodrecht in een richting op de stroom]); zie afraaien.

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

raaien

(raaide, heeft geraaid) peilingen doen in een rivier, gewoonlijk in een richting loodrecht op de stroom. ➝ afraaien.

2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

raaien

(raaide, heeft geraaid), lijnen uitzetten; peilingen doen op een rivier, gewoonlijk in een richting loodrecht op de stroom.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Raaien

Raaien (raaide, heeft geraaid), peilingen doen op eene rivier, gewoonlijk in eene richting loodrecht op den stroom.