Wat is de betekenis van pukkel?

2024-04-24
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

pukkel

Het begrip pukkel heeft 2 verschillende betekenissen: 1) bultje op de huid. bultje op de huid, met name in het gezicht; puist. Vaak als synoniem van puist, maar ook wel onderscheiden daarvan, waarbij pukkel dan gebruikt wordt in toepassing op rode of bruine bultjes in het algemeen en puist vooral gebruikt wordt in toepassing op bultjes me...

2024-04-24
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

pukkel

1) (1972) (inf.) schoudertas; ransel. Oorspronkelijk soldatentaal? • Schooltassen zijn maf. Een pukkel niet. (Simon Carmiggelt: Ik mag niet mopperen. 1972) • 'n Bouwvakker met 'n lange leren jas aan, en met 'n pukkel op z'n rug en 'n grijsbestofte alpinopet op.... (Nieuw Vlaams Tijdschrift. Jaargang 25. 1972) • Traag laat de jongen...

2024-04-24
Jargon & Slang van Soldaten

Marc De Coster (2017)

Pukkel

Pukkel - ransel. In het Duitse slang Affe. Vgl. ook kleerkast. Ik haal mijn kaart van het stukje Veluwe waar we ons op dat moment bevinden uit mijn pukkel. - Maarten t Hart, Ik had een wapenbroeder (1973) ​

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

pukkel

pukkel - zelfstandig naamwoord uitspraak: puk-kel 1. bobbeltje op de huid ♢ hij heeft allemaal pukkels in zijn gezicht Zelfstandig naamwoord: puk-kel de pukkel de pukkels ...

2024-04-24
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

pukkel

pukkel: molshoop, klein colletje; puist.

2024-04-24
Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen en Arnoud van den Eerenbeemt (2010)

pukkel

In het dagelijks spraakgebruik hetzelfde als een puistje. Maar huidartsen (dermatologen) die extra precies willen zijn, vinden een pukkel een ‘bobbeltje zonder etter’ (oftewel een ‘papel’) en een puistje een ‘bobbeltje met etter’ (oftewel een ‘pustel’). Dus als een talgklier verstopt raakt, is het eerst een pukkel, ook als die gaat ontsteken en roo...

2024-04-24
Groot wielerwoordenboek

Marc de Coster (2009)

pukkel

(meestal als verkleinwoord) kleine helling, heuvel. Vgl. bult en molshoop. Alle bergen zijn gedaan, op twee pukkeltjes morgenvroeg van de derde en vierde categorie na. (Maarten Ducrot: Berichten uit de Tour de France. 1987) Alpe d’Huez werd in 1952 voor het eerst opgenomen in de Tour-route. Fausto Coppi was de eerste winnaar. Pas in 1976 doemde de...

2024-04-24
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

pukkel

(de; s) - colletje, berg van geringe hoogte • Het zou tot Olympia’s Tour van 1971 duren vooraleer Gerrie Knetemann voor het eerst zijn neus aan het venster stak. In Limburg nog wel. In de derde etappe van de toentertijd immer sterk bezette Nederlandse etappekoers soleerde hij tussen Bladel en Valkenburg naar etappewinst. De eindstreep lag op ’s lan...

Wil je toegang tot alle 19 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

pukkel

Een van de betekenissen van pukkel is ‘kleine zweer’. Die letterlijke betekenis treffen wij meestal niet meer aan in verwensingen als krijg een pukkel op je pik!; krijg een pukkel op je snikkel! of krijg een pukkel op je murf! Deze laatste werd aangetroffen in Houten. De beide eerste werden opgegeven door studenten...