Wat is de betekenis van puber?

2024-04-20
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

puber

puber - zelfstandig naamwoord uitspraak: pu-ber 1. jongere tussen 12 en 18 jaar ♢ er wordt altijd gezegd dat pubers lastig zijn Zelfstandig naamwoord: pu-ber de puber de pubers ...

2024-04-20
Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen en Arnoud van den Eerenbeemt (2010)

puber

Jongen of meisje in de puberteit. Kijk ook bij klier, puberteit.

2024-04-20
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Puber

iemand die zich onvolwassen gedraagt, die nog in de puberteit zit. Het is een Fries, een stugge boerenlul. Ik schold hem uit voor ‘puber’ en we kregen de grootste mot. (Jan Cremer, Ik Jan Cremer, 1964)

2024-04-20
Verklarend Woordenboek Plantennamen

Dr. C. A. Backer (1936)

puber

puber (-er, -er), - (Lat.) geslachtsrijp; bij uitbreiding de teekenen der geslachtsrijpheid dragend, behaard, zachtharig.

2024-04-20
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Puber

[Lat = bijvorm van pubes = als zn: de tekenen van de manbaarheid, nl. de baardharen] jongen of meisje in de leeftijd van de puberteit, z.a., tussen kind en adolescent.

2024-04-20
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Puber

jongen of meisje in de puberteit

2024-04-20
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Puber

jong mens in de periode der puberteit.

Wil je toegang tot alle 18 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Puber

een 10-17-jarige, die zich dus in de sexuele rijpingsperiode bevindt; zie puberteit.