Wat is de betekenis van Proost?

2024-04-18
Familienamen

Leendert Brouwer (2017)

Proost

Een proost of provoost was eertijds het hoofd van een kapittel of een kloostervoogd, in het wereldlijk bestuur een hoge gerechtelijk ambtenaar, de voorzitter van een schepenbank, en in militaire functie een opzichter van orde en tucht in een legerplaats. Het woord komt van het Latijnse woord prepositus, in het Oudfrans provost, prevost, in het Mid...

2024-04-18
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

proost

aalmoezenier, priester die een sociale organisatie of jeugdbeweging adviseert ‘Is hij in de kerk getrouwd?’ ‘De eerste keer.’ ‘Met wie?’ ‘Met iemand die volmaakt oninteressant is.’ ‘Waarom?’ (Dat vraagt gewoonlijk de reisleider, de hoofdman van de culturele vereniging, de proost...

2024-04-18
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

proost

(de, -en) aalmoezenier, geestelijk adviseur, geestelijk raadgever van een vereniging.

2024-04-18
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Proost

[v. Lat. praepositus = vooraan-geplaatst, van prae-ponere, -positum] kapittelvoorzitter.

2024-04-18
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Proost

santé; voorzitter van een kapittel van kanunniken

2024-04-18
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

proost

Geestelijk adviseur, priester-bestuurder van een katholieke vereniging, inz. van een sociale organisatie, een jeugdbeweging enz. De proost vroeg aandacht voor deze kernleden, die geen luxepaarden maar echte trekpaarden zijn, Vrouw en Wereld dec 1974, p. 15. Wij werken verder, dankbaar om wat Kanunnik Van Roey voor KAV betekend heeft. Allen...

2024-04-18
Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Proost

Johannes; geb. Amsterdam 5 augustus 1824, overl. Amsterdam 25 januari 1893. Woonde en werkte in deze stad, van beroep papierhandelaar. Amateurtekenaar, heeft kopieën gemaakt.Tentoonstelling Amsterdam 1844: een tekening naar H. F. C. ten Cate. Scheen 1970.

2024-04-18
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Proost

(= voorzitter), de eerste waardigheidsbekleeder van een → kapittel, vandaar soms domproost genoemd, anders proost van het kathedraal of metropolitaan kapittel. In België noemt men ook den rector van een kapel (geen parochie) Proost, evenals de Bestuurders van Sociale Werken (zie Aalmoezenier). Ook sommige kloosteroversten voeren den titel...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-18
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Proost

kloostervoogd, voorzitter van een kapittel.