privé
privé - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: pri-vee 1. wat met een bepaalde persoon te maken heeft ♢ wat ik verdien, dat is privé Bijvoeglijk naamwoord: pri-vee Synoniemen persoonlijk
Muiswerk Educatief (2017)
privé - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: pri-vee 1. wat met een bepaalde persoon te maken heeft ♢ wat ik verdien, dat is privé Bijvoeglijk naamwoord: pri-vee Synoniemen persoonlijk
Peter Bakema (2003)
(de), privésector (de) de particuliere sector, het bedrijfsleven. Na nog een aantal politieke schandalen werd in 1998 de Public Interest Disclosure Act goedgekeurd, die de klokkenluider - ook in de privésector - beschermt tegen ontslag of andere nadelige gevolgen als hij een ‘concern’ (bezorgdheid) openbaar heeft gemaakt....
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Fr.] particulier, persoonlijk (bijv. bezit); voor de geadresseerde persoonlijk bestemd, vertrouwelijk.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: