Wat is de betekenis van potentie?

2024-04-18
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

potentie

potentie - zelfstandig naamwoord uitspraak: po-ten-sie 1. kracht om iets te doen ♢ Joachim heeft de potentie om profvoetballer te worden 2. het lichamelijk in staat zijn geslachtsgemeenschap te hebben ...

2024-04-18
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Potentie

[Lat. potentia] 1 vermogen, macht; 2 seksueel vermogen van de man, vermogen de geslachtsdaad te verrichten (vgt. impotentie); 3 verdunningsgraad van homeopatische geneesmiddelen.

2024-04-18
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Potentie

(seksueel) vermogen; (verborgen) vermogen iets te worden

2024-04-18
Homeopathie encyclopedie

Ilse Dorren (1987)

Potentie

Potentie is een woord dat ouder is dan de homeopathie, waar het nu zo’n grote rol in speelt. Denkt u maar eens aan de opmerking van een macho-man dat hij reuze ‘potent’ is. In de artsenijkunde betekende het van oudsher ook ‘vermogen’, maar dan het genezende vermogen van een medicijn. Hahnemann gaf een extra dimensie aa...

2024-04-18
Lexicon der Natuurgeneeskunde

Ernst Meyer Camberg (1981).

Potentie

zie Homeopathie. Aanduiding voor de verdunningsgraad van een artsenij. Zie ook Impotentie.

2024-04-18
Erotisch woordenboek

Hans Heestermans (1977)

potentie

potentie - sexueel vermogen; potent, potentie bezittend: van lat. potent ia ‘vermogen, kracht’.

2024-04-18
Biologische encyclopedie

G. Th. van Kempen (1974)

potentie

(L., potentia = kracht). 1. Vermogen tot geslachtsgemeenschap. 2. Ontwikkelingsvermogen van een cel of een celgroep: dat wat de cel onder experimentele omstandigheden kan vormen, in tegenstelling tot datgene wat hij in de normale ontwikkeling vormt (voor bevruchte eicel geldt dit onderscheid niet).

2024-04-18
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Potentie

macht; innerlijk vermogen; sexueel vermogen; in potenties tot mogelijkheid van verwezenlijking.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-18
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Potentie

1. het prestatievermogen, datgene waartoe iemand of iets (bijv. een orgaan of een geneesmiddel) in staat is; 2. de verdunning van een geneesmiddel volgens de leer der homoeopathie, zie aldaar; 3.het vermogen (van de man) om de geslachtsdaad uit te voeren (vgl. impotentie).