Pols
Pols - Eigennaam 1. genitief van Pol
Muiswerk Educatief (2017)
pols - zelfstandig naamwoord 1. gewricht tussen hand en onderarm ♢ je moet je pols rechthouden als je schrijft 1. uit de losse pols [met het grootste gemak] 2. de vinger aan de...
Jannes van Everdingen en Arnoud van den Eerenbeemt (2010)
1) polsgewricht, onder aan je hand; 2) de hartslag zoals je die aan de pols kunt voelen. De dokter neemt soms bij een persoon met koorts de pols zachtjes vast en voelt dan naar de slagader daarin om te weten hoeveel slagen het hart per minuut maakt. Die ‘pols’ is de snelheid van de pompbeweging van het hart. In een ziek lichaam pompt het hart te sn...
Jan Luitzen (2008)
(de; -en) so - polsstok: (spreekwoord) men moet niet verder (willen) springen dan zijn pols lang is, men moet zijn uitgaven niet te hoog willen opdrijven, men moet niet te veel hooi op zijn vork nemen.
Getty Research Institute (1990)
pols - De handwortelgewrichten die bij mensen en andere dieren de arm met de hand verbinden, of bij vogels de poot met de voet.
Ernst Meyer Camberg (1981).
is de hartslag, die voelbaar is door de vaatwand heen. Overal waar slagaderen aan de oppervlakte voelbaar zijn kan men deze aftasten en beoordelen. De meest gebruikelijke plaats is de p. van de op het spaakbeen gelegen ader, dicht bij de handwortel. Men kan de regelmaat van de hartwerking of stoornissen daarin, volheid en spanning van de bloedvaten...
J. van Donselaar (1936)
(de, -en), (ook:) kort voor polshorloge. Voor die mooie pols wil ik u hartelijk danken (in brief, 1967).
H.J. Terblanche - M.A., D. Litt
deel v/d onderarm bokant handwortel; gereelde klop van slagaar; gepols, voel hoe iem. se bloedklopping is; iets probeer uitvind.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: