Wat is de betekenis van Plukken?

2024-04-19
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

plukken

(1940) (euf.) ontmaagden. Verkorting van 'iemands bloempje* of roosje* plukken'. • “Je bent 'n brutale oue kerel,” zegt Jane lachend, Bloos een tikje op z'n wang gevend. “Maar als je dertig jaar jonger was, Bloos, dan mocht jíj me plukken, is 't nou goed?” (Jan Mens: De gouden Real. 1940)

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

plukken

plukken - regelmatig werkwoord uitspraak: pluk-ken 1. van een plant of boom af halen ♢ buurman Van Heteren plukt de pruimen uit de boom 1. iemand plukken [hem zijn geld of bezit afnemen]...

2024-04-19
Bridge Opzoekboek

drs. Toine van Hoof (2017)

plukken

1. Aan verschillende kaarten trekken voor er eentje bij te spelen. 2. Term voor een speciale manier van troef trekken, namelijk door het afspelen van een of twee zijkleuren. Voorbeeld:Tegen 5♣ van zuid start west met ♦H. Het lijkt erop dat de leider altijd twee klaveren en een ruiten verliest. Door te gaan ‘plukken’ kan hij dit voorkomen. Zuid nee...

2024-04-19
Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

plukken

(1) bloempjes -: kijk onder bloempjes. (2.) geld aftroggelen; afzetten; bestelen. Het WNT citeert o.a. J.B. Houwaert (‘De Vier Wterste. Van de doot, van het oordeel, van d’ eeuwich leven, van de pyne der hellen’. 1583). En het eind van het liedje is natuurlijk dat het je altijd meer geld gaat kosten. Het zijn altijd de jongens uit de middengroep v...

2024-04-19
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

plukken

plukken - Een klein dun stuk of laagje materiaal, meestal plat en slap.

2024-04-19
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Plukken

1. (pluimveet.) Van veren ontdoen. Dit kan het best geschieden spoedig na het slachten, vóór het lichaam de natuurlijke warmte verliest. De veren laten dan gemakkelijk los.2. landb. Een in sommige streken van Ned. veel gebruikte uitdrukking voor het bij het oogsten uit de grond trekken van het vlas.

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Plukken

v., plôkje, ploaitsje, tippe, teppe; bloempjes, blomkesykje; (van vruchten), lûke; bessen —, beiplôkje, -ploaitsje; bramen —, toarnbeisykje; (van gevogelte), plôkje, teppe, tippe, roppe, ropje, rûpelje; uitelkaar —, forropje, -roppe.

2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Plukken

(plukte, heeft geplukt), 1. (vruchten, bloemen enz.) af breken, afrukken, oogsten: bessen, peren plukken;blaadjes, bloempjes plukken; — (volkst.) bloempjes plukken, zijn gevoeg doen; — haar bloempje is geplukt, zij is geen maagd meer; — vruchten plukken; (fig.) welke vruchten zal hij...