Wat is de betekenis van plint?

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

plint

plint - zelfstandig naamwoord 1. houten lat aan de onderkant van een wand ♢ de gestuukte wand is afgewerkt met een plint Zelfstandig naamwoord: plint de plint de plinten het pli...

2024-04-19
Atletiek- en turnwoordenboek

Jan Luitzen (2008)

plint

(het & de; -en) GY Vlaams- Nederlands - gymnastiektoestel kast.

2024-04-19
ABC van de kunst

Douwe Brongers & Désirée Raemaekers (2004)

Plint

Vooruitstekende onderrand van een muur of meubel, de vierkante basis waar een zuil op rust.

2024-04-19
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

plint

plint - Rechthoekige of vierkante voetstukken voor zuilen, pilasters of deurlijsten. Wordt ook gebruikt voor stevige, vaak versierde voetstukken van monumentale beelden of gedenktekens ondersteunen, of voor de onderste gedeelten van buitenmuren en de platformachtige onderlaag van gebouwen.

2024-04-19
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

plint

voetlys, vloerlys.

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Plint

s., plint.

2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Plint

(<Er.), o. en v. (-en), (bouwk.) 1. onderste, recht opgaand deel van het basement van een zuil; 2. vlak stuk tot verzwaring aan de voet van een gebouw ; 3. vlak belegstuk van hout, marmer enz. aan de voet der wanden in gangen en kamers, voetlijst; — doordraaiende plint, die met de deur meedraait.

Wil je toegang tot alle 18 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Plint

verzwaring, die aan de voet van een muur voorkomt. Het P.-profiel is zeer verschillend in de verschillende stijlen. Men gebruikt het woord ook in de woningbouw voor de stenen of marmeren stroken in gangen aan de voet der muren of voor de houten stroken in kamers.