plender
Het WNT noemt dit woord van onbekende oorsprong. Het is waarschijnlijk een bastaardvloek. In Deugden-Spoor [1645] van P. Baardt komt het volgende citaat voor: “Maer, hoor eens, riep een ander knecht..., Waer plender crijgt de Man het Goet, Die so veel Weerden borgen moet?” Het zou zoiets kunnen betekenen als ‘in godsnaam&rs...