plechtigheid
...
Muiswerk Educatief (2017)
plechtigheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: plech-tig-heid 1. officiële bijeenkomst vanwege een bijzondere gebeurtenis ♢ de huwelijksplechtigheid was op het stadhuis Zelfstandig naamwoord: plech-tig-heid de plech...
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (...heden), 1. staatsie die bij iets wordt tentoongespreid of waarmee iem. behandeld wordt: de plechtigheid waarmee het huwelijk wordt ingezegend; hij werd met militaire plechtigheid begraven; 2. het plechtige dat iets eigen is, de plechtige en statige indruk die iets maakt: de plechtigheid waarmee het oudejaar verdween; de zwa...
M. J. Koenen's (1937)
v. plechtigheden (het plechtig zijn; indrukwekkende statigheid; 1 staatsie bij iets tentoongespreid, waarmee iem. behandeld wordt; 2 het plechtige dat iets eigen is; de plechtige en statige indruk, die iets maakt; 3 plechtig gebruik, ceremonie; 4 plechtige handeling met alle ceremonieel; het ceremonieel bij een plechtige gelegenheid); 1. met grote...
Jozef Verschueren (1930)
('plechtəcheit) v. (...heden) I. Eig. het plechtig zijn: met grote, schitterende -. II. Metn. 1. plechtige daad: de jaarlijkse van de prijsuitdeling. 2. plechtige bijeenkomst, godsdienstoefening enz.: die heeft morgen plaats; de ...heden van de Goede Week.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v. (-heden), 1. staatsie die bij iets wordt tentoongespreid of waarmee iemand behandeld wordt: met grote plechtigheid; 2. het plechtige dat iets eigen is, de plechtige indruk die iets maakt: de plechtigheid waarmee het oudejaar verdween; 3. (concreet) plechtig gebruik, ceremonie: de dag wordt met plechtigheden gevierd; godsdienstige, kerkelijke p...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: