Wat is de betekenis van Pater familias?

2024-04-20
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Pater familias

huisvader

2024-04-20
XYZ van de Grieks-Romeinse Oudheid

Jos Liefrink (1989)

Pater familias

Pater familias - Hoofd van een Romeinse familie. De Romeinse staat was essentieel samengesteld uit familiae, opgenomen in het groter verband van de gens. De pater familias was alleen bevoegd tot het uitoefenen van de iuraprivata; hij alleen was zijn eigen meester, d.i. sui iuris, van niemand afhankelijk, en had de volle beschik...

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Pater familias

(Lat.), de vader als hoofd der familie : (scherts.) pater fami'lias vir mul'tis mise'riis, een huisvader is een man die veel aan velerlei misère blootstaat.

2024-04-20
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Pater familias

(Lat., huisvader). In Rome: ieder, die niet onder ouderlijk gezag stond. In ons B.W. leeft het begrip P. nog voort, nl. daar, waar gesproken wordt over de zorg van een „goed huisvader” d.w.z. van iemand met een behoorlijk verantwoordelijkheidsgevoel.

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

pater familias

('pa:tәr fa'mi:lias) m. pater familiae.

2024-04-20
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Pater familias

Pater familias (ook aaneengeschreven; Lat.), huisvader; degene, die over een ander de vaderlijke macht (patria potestas) heeft, het hoofd der familie, bij de Rom. echter ook een ieder, die niet onder vaderlijk gezag stond, of hij een huisgezin had of niet.

2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

pater familias

[Lat., vader van het huisgezin], in het Romeinse recht de mannelijke burger die niet onder het gezag van een ander stond. De pater familias had een zeer vérgaande macht over personen die aan zijn gezag onderworpen waren. Ook de vaderlijke macht (patria potestas) die hij over zijn kinderen uitoefende was vrijwel onbeperkt.

2024-04-20
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Pater familias

(ook aaneengeschreven; lat.) huisvader; degene die over een ander de vaderlijke macht (patria potestas) heeft, het hoofd der familie, bij de Romeinen echter ook een ieder, die niet onder vaderlijk gezag stond, of hij een huisgezin had of niet.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Wink's vreemde woordenboek

dr. Jan Romein (1906)

Pater familias

huisvader.