Liek Mulder (1994)
Patentrecht, 1. tijdens de Republiek der Verenigde Nederlanden het recht van de Staten-Generaal om troepen bijeen te brengen en te verplaatsen. Het patent was de brief waarin het krijgsvolk zijn garnizoen kreeg aangewezen. Het geven van patenten was oorspronkelijk voorbehouden aan de → Raad van State, maar stadhouder Frederik Hendrik begon zelf pat...
Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)
Voor de invoering van een ondernemersbelasting (in 1893) was in Nederland het patent een officieel door de overheid uitgereikt bewijs dat bevoegdheid gaf tot het uitoefenen van handel, handwerk, beroep of bedrijf. Aan het regelmatig (meestal jaarlijks) te vernieuwen patentrecht waren kosten verbonden. Dit was een 19e-eeuwse vorm van bedrijfsbelasti...
H.W.J. Volmuller (1981)
1. tijdens de Republiek der Verenigde Nederlanden het recht van de Staten-Generaal om troepen bijeen te brengen en te verplaatsen. Het patent was de brief waarin het krijgsvolk zijn garnizoen kreeg aangewezen. Het geven van patenten was oorspronkelijk voorbehouden aan de Raad van State, maar stadhouder Frederik Hendrik (1625-47) begon zelf patenten...
Van Dale Uitgevers (1950)
o. (-en), 1. patentbelasting; 2. het recht dat uit een patent (I, 4.) voortvloeit voor hem aan wie het verstrekt is.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
o. (-en), 1. tijdens de Republiek der Verenigde Nederlanden het recht van de Staten-Generaal om troepen bijeen te brengen en te verplaatsen; 2. vm. belasting op alle handel, neringen, beroepen en bedrijven en enige andere objecten van weelde of vermaak. belastingrecht. Deze belasting werd in 1805 ingevoerd door I.J.A.Gogel. Er was o.a. bepaald da...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
