Wat is de betekenis van pas?

2024-03-29
WhatsApp woordenboek

redactie Ensie (2023)

PAS

Passive

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

pas

pas - bijwoord, zelfstandig naamwoord 1. nog maar korte tijd (geleden) ♢ zij zijn pas getrouwd 2. zo dat het precies op maat is ♢ die jurk is precies pas 1. van pas komen...

2024-03-29
Jargon & Slang van Soldaten

Marc De Coster (2017)

Pas

Pas - zijn pas aftekenen: zijn snee brood voorzien van een laagje boter.

2024-03-29
Bridge Opzoekboek

drs. Toine van Hoof (2017)

pas

Bieding die te kennen geeft dat de bieder op dat moment geen bod wil doen, noch wil doubleren of redoubleren. Zie ook: strafpas

2024-03-29
Familienamen

Leendert Brouwer (2017)

Pas

1. Patroniem op basis van de voornaam Pascalis, een naam die van het Aramese woord pascha = Pasen is afgeleid. 2. Duidt evenals Van de(r) Pas op een toponiem.

2024-03-29
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

pas

maar, slechts Als zijn partij pas tweede wordt, heeft ze geen recht op de bonus van vijftig parlementszetels. Op rechts zijn er ook nauwelijks coalitiepartners. (De Standaard) Belgisch-Nederlandse Standaardtaal

2024-03-29
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

pas

pas: benaming voor een col, bergpas.

2024-03-29
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

pas

- hij is niet op zijn pas, hij voelt zich niet goed, hij is niet helemaal in orde.- Jan van pas, de ware Jacob.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Lexicon voor de kunstvakken

Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)

pas

Een pas is een deel van een cirkelboog; versierende vorm (1) in gotisch(zie gotiek) maaswerk (2); bijv. driepas.