Wat is de betekenis van Parabolisch?

2024-04-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Parabolisch

[via VLat. van laat Gr. parabolikos] in de vorm van een parabel; (wisk.) in de vorm van een parabool.

2024-04-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Parabolisch

bij wijze van gelijkenis; de gedaante hebbend van een parabool

2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Parabolisch

bij wijze van gelijkenis ; in de vorm van een parabool of kegelsnede.

2024-04-25
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Parabolisch

parabolisch; als gelijkenis.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Parabolisch

bn. bw., 1. bij wijze van gelijkenis. 2. (wisk.) van den aard van, de gedaante hebbend van een parabool.

2024-04-25
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

parabolisch

bij wijze van gelijkenis; (ook:) de gedaante van een parabool hebbend.

2024-04-25
Vreemde woorden in de Sterrenkunde

Prof. Dr. P.H. van Laer (1942)

Parabolisch

(= Lat. parabólicus; < → parabool). Adj. bij → parabool, paraboolvormig.

2024-04-25
Vreemde woorden in de wiskunde

Dr. E.J. Dijksterhuis (1939)

Parabolisch

(→ parabool). De gevallen, waarin twee gezamenlijk optredende grootheden reëel verschillend, samenvallend of toegevoegd complex kunnen zijn, worden vaak onderscheiden als hyperbolisch, parabolisch en elliptisch, in verband met het gedrag van de drie kegelsneden t.o.v. de oneigenlijke rechte. Vb. In een parabolisch punt van een oppervlak h...

Wil je toegang tot alle 19 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

parabolisch

bn., bw. (1 bij wijze van, als in een gelijkenis, 2 meetk. in de vorm ener parabool, kegelsnede): 1. parabolische taal; 2. een parabolische spiegel slijpen.