Wat is de betekenis van Pandrecht?

2024-04-25
Praktisch Goederenrecht

Mr. dr. C. Phillips (2009)

pandrecht

Recht dat ontstaat doordat de schuldenaar zijn eigendommen (niet huis of grond) in de macht van de schuldeiser brengt zodat die, bij voorrang boven andere schuldeisers, zijn vordering op het eigendom kan verhalen.

2024-04-25
Corporate Finance Lexicon

Boer & Croon (2007)

Pandrecht

Pandrecht is een vorm van zekerheid voor een financier waarbij de beschikkingsmacht over de betreffende activa (onroerende zaken of vorderingen) bij de pandhouder (= financier) rust. Bij “stil pandrecht”, ook wel “bezitloos pandrecht” genoemd, bevinden de activa zich onder de pandgever (de debiteur / kredietnemer); “vuistpand” wordt gevestigd door...

2024-04-25
Bedrijfseconomie voor het besturen van organisaties

André Heezen (2005)

Pandrecht

Een recht dat door de schuldenaar aan de schuldeiser wordt verleend, waardoor de schuldeiser het recht heeft om roerende goederen van de schuldenaar te (laten) verkopen als de schuldenaar zijn verplichtingen niet nakomt.

2024-04-25
Financieel Woordenboek

Frits Conijn & R.M. van Poll (2003)

pandrecht

pandrecht - Een in de wet nauwkeurig omschreven recht dat dient tot zekerheid voor een schuldeiser (de pandnemer) als hij aan iemand anders (de pandgever) geld heeft geleend. Het onderpand kan bestaan uit goederen maar ook uit een vordering die de schuldenaar op een ander heeft.

2024-04-25
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

pandrecht

pandrecht - Heffingen op onroerende goederen of privébezit ter voldoening van een schuld of verplichting die gewoonlijk uit een wettelijke handeling voortkomt.

2024-04-25
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Pandrecht

is een zakelijk recht op een aan een ander in eigendom behorende roerende zaak, strekkende om daarop de voldoening van een verbintenis bij voorrang boven eventuele andere schuldeisers te kunnen verhalen. P. vertoont veel overeenstemming met het recht van hypotheek, doch p. kan uitsluitend gevestigd worden op roerende zaken, die daartoe aan de schul...

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Pandrecht

o., recht dat een schuldeiser heeft op een door zijn schuldenaar hem ter hand gestelde of voor hem aan een derde gegeven roerende zaak, om uit de opbrengst dier zaak bij voorkeur boven de andere schuldeisers betaald te worden.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

pandrecht

o. (recht om te panden; bevoegdheid door het recht verleend om een pand in beslag te nemen; recht van den crediteur op een roerende zaak, hem als waarborg gegeven).

Wil je toegang tot alle 19 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Woordenboek voor praktische kennis

Dr. L.M. Metz (1937)

Pandrecht

Volgens ons Burgerlijk Wetboek is pandrecht een zakelijk recht (zie aldaar) op een roerende zaak, ten einde de voldoening van een schuld daarop te kunnen verhalen. De roerende zaak moet daartoe uitdrukkelijk in het bezit van den pandhouder gesteld worden (pandbeslag). Zij blijft echter het eigendom van den schuldenaar. De schuldeischer mag zich het...