Wat is de betekenis van Palmpaschen?

2024-04-24
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Palmpaschen

1. zie Palmzondag. 2. Oorspronkelijk grootere, later kleinere palmboompjes, welke bont versierd en met vruchten e.d. behangen in optocht of processie werden rondgedragen. Het gebruik van de Palmpaasch is ontstaan uit de vermenging van twee gebruiken: palmprocessie en Meiboom. De Palmzondag viel samen met het begin van het lentefeest; zoo kon de ve...

2024-04-24
Woordenboek voor praktische kennis

Dr. L.M. Metz (1937)

Palmpaschen

Palmzondag. Bloemenpaschen zeggen de Vlamingen. De Zondag voorafgaande aan het Paaschfeest. De dag gewijd aan de herinnering van Jezus’ intocht in Jeruzalem. „Gezeten op een ezel” — staat in Mattheus 21 — „kwam Hij de Heilige stad binnengereden en de schare begroette Hem met palmtakken, welke zij op Zijn weg stro...

2024-04-24
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Palmpaschen

palmboompje, versierd met linten en gekleurd papier en behangen met verschill. lekkernijen, op Palmzondagen op enkele plaatsen in ons land d/d kinderen rondgedragen.

2024-04-24
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Palmpaschen

→ Palmzondag.

Gerelateerde zoekopdrachten